
Hoe zien we?
We kunnen voorwerpen zien door de weerkaatsing van licht op het voorwerp. Via de pupil verloopt deze weerkaatsing van lichtstralen naar de ooglens die het beeld op zijn beurt op het netvlies projecteert. Het netvlies stuurt via de grote oogzenuw het beeld naar de hersenen. Het oog stelt zich in op verschillende lichtsterktes en afstanden. Er zijn verschillende oogaandoeningen waarbij het oog hier niet meer toe in staat is.
Oogkwaaltjes
Je ogen worden blootgesteld aan licht, vuil en stof. Dit kan tot irritatie of overgevoeligheidsreacties van de ogen leiden. Ze zijn rood, ze jeuken of branden en ze tranen. Denk bijvoorbeeld aan allergieën, wanneer je werkt in een stoffige omgeving of wanneer je een avondje uitgaat in een rokerig café. Ook kan je droge ogen hebben, bijvoorbeeld na een dag computerwerk. Oogdruppels kunnen in deze omstandigheden zeker nuttig zijn. Wanneer je ogen (of het bindvlies) ontsteken als gevolg van bacteriën, virussen of schimmels, zal je apotheker mogelijk oogzalf aanraden.
Wanneer ga je toch best naar de oogarts? Wanneer je pijn heb aan je oog, je plots minder ziet, je metaal of glas in je oog hebt, wanneer je ogen blootgesteld werden aan chemische producten of verdamping ervan en ten slotte ook na een trauma (bijvoorbeeld een slag op je ogen).
Ogen die blootgesteld worden aan licht, vuil en stof kunnen te maken krijgen met irritatie of overgevoeligheidsreacties
Oogaandoeningen
Wanneer je minder goed ziet, kan dat zijn omdat lichtstralen niet correct op het netvlies geprojecteerd worden. Ofwel worden ze ervoor geprojecteerd en kan je moeilijk ver kijken (bijziend) ofwel worden ze erachter geprojecteerd en kan je moeilijk op korte afstand kijken (verziend). We gebruiken brillen en contactlenzen om de projectie te verplaatsen naar het netvlies.
Een andere aandoening is glaucoom. Deze verzamelterm geeft een beschadiging van de oogzenuw weer. Dit als gevolg van onvoldoende doorbloeding of verhoogde oogdruk. Deze aandoening eindigt in blindheid. Oogdruppels kunnen de vermindering van het zicht remmen. In andere gevallen is chirurgie mogelijk. Vanaf je veertigste kan glaucoom optreden. Laat je vanaf dan regelmatig onderzoeken want nog voor je symptomen ondervindt, kan er al schade zijn.
Waar veel mensen op oudere leeftijd mee te maken krijgen is staar (cataract). In geval van staar vertroebelt je ooglens en gaat je zicht geleidelijk achteruit. Het lijkt alsof je door mist kijkt. Ook licht (van de zon, autolampen en kunstmatig licht) kan minder goed verdragen worden. De oorzaak van deze aandoening kan onder andere liggen in een trauma, ontsteking, suikerziekte, nierziekten en langdurige inname van bepaalde geneesmiddelen. Eens men last krijgt kan vertroebeling niet gestopt worden. In tegenstelling tot glaucoom kan je staar niet behandelen met oogdruppels maar enkel via chirurgie waarbij je een heldere kunstlens krijgt.
Veel mensen op oudere leeftijd krijgen te maken met staar of cataract.
Oogdruppels
Wanneer je hinder of problemen ervaart van je ogen of zicht, kan je beroep doen op oogdruppels. Het betreft een breed gamma, afhankelijk van de densiteit van de vloeistof, gaande van vloeibare druppels, tot een gel of een vaste zalf. De manier van aanbrengen is echter gelijkaardig.
Oogdruppels bestaan met of zonder medicatie. De werkzame stof in niet-medicamenteuze oogdruppels is dikwijls natriumhyaluronaat. De werkzame stof in medicamenteuze oogdruppels verschilt tussen producten.
Hoe breng ik het best oogdruppels aan?
Belangrijk is dat de oogdruppels- of zalven steriel blijven. Volg de volgende instructies om de druppels correct aan te brengen.
- Was je handen.
- Verwijder eventueel eerst je contactlenzen.
- Buig je hoofd achterover en kijk omhoog.
- Trek het onderste ooglid omlaag, creëer een gootje.
- Met je andere hand schudt je het flesje (in geval van troebele vloeistof).
- Laat één voor één de druppels aan de buitenkant van het gootje vallen. Niet aan de kant van je neus. Zorg ervoor dat de punt van het flesje je handen en je oog niet aanraakt (dan is het niet langer steriel).
- Sluit je oog gedurende 30 seconden, druk je traankanaaltje (binnenste ooghoek) dicht en draai enkele malen met je oogbol.
- Moet je meerdere druppels aanbrengen? Wacht dan 5 tot 10 minuten tussen iedere druppel.
Controleer altijd de houdbaarheidsdatum van het product. De houdbaarheidsdatum na opening varieert tussen één en zes maanden. Voor oogzalf gelden dezelfde instructies. Om de zalf in de buitenste ooghoek te krijgen kan je gebruik maken van een steriel gaasje.
Draag je contactlenzen? Wacht dan een half uur met het inbrengen van de lenzen nadat je oogdruppels- of zalf hebt aangebracht.
Contactlenshygiëne
Contactlenzen kunnen een welkom alternatief voor brilgebruikers zijn. Ze bestaan in verschillende formules, namelijk daglenzen of lenzen voor langduriger gebruik (een maand). Voor sommigen is het aangewezen om een bepaald type te gebruiken, voor anderen kan het volgens persoonlijke voorkeur zijn. Hoe dan ook, het is belangrijk om op een correcte manier met je lenzen om te gaan. Hoe plaats je ze, hoe verwijder je ze en hoe verzorg je ze tussen perioden van gebruik?
Welke is de correcte manier om je lenzen in te brengen? Het kan in enkele stappen beschreven worden. Om te beginnen zorg je er altijd voor dat je handen gewassen zijn (zowel voor het inbrengen als uithalen van je lenzen).
Lens inzetten
- Zet de lens op het topje van je wijsvinger. De lensranden moeten naar binnen vouwen zoals een kommetje, niet naar buiten zoals een soepbordje.
- Terwijl je naar onder kijkt trek je het bovenste ooglid naar boven met de wijsvinger van je vrije hand.
- Daarna kijk je naar onder en trek je met je middenvinger je onderste ooglid naar beneden.
- Plaats de lens
Lens uithalen
- Kijk naar onder terwijl je met je wijsvinger je bovenste ooglid openhoudt.
- Kijk naar boven terwijl je het onderste ooglid naar beneden trekt met de middenvinger van je andere hand.
- Met je duim en wijsvinger kan je de lens uit het oog nemen.
Het is belangrijk om lenzen gedurende de slaap niet te dragen(dit geldt voor de meeste lenzen) . Indien wel kunnen er ontstekingen ontstaan. Wanneer je lenzen draagt wordt de natuurlijke afweer van het oog verstoord. Door de lens kan er weinig zuurstof aan het oog en heeft het traanvocht niet langer een reinigend effect. Het oog wordt normaliter gedurende de dag bevochtigd door traanvocht geproduceerd door de traanklieren. Dit vocht beschermt het oog tegen stof, uitdroging en vuil. Wanneer je met je ogen knippert verwijder je met het vocht de aanwezige bacteriën. De aanwezigheid van een lens verstoort deze werking en ziektekiemen krijgen de kans zich vast te hechten. Als je ’s nachts je lenzen niet draagt krijgt het traanvocht de kans om zijn werk te doen.
Het is belangrijk om lenzen gedurende de slaap niet te dragen.
Wanneer je daglenzen gebruikt, heb je dagelijks een nieuw doosje waar een verse lens uit komt. Indien je geen daglenzen gebruikt, is het belangrijk dat je het potje waarin je de lenzen bewaart dagelijks reinigt. Spoel het potje met het daarvoor bestemd product (een aangewezen product hiervoor is Pharmaclean®). Laat het potje vervolgens de hele dag open om op te drogen. Vul ’s avonds het potje opnieuw met de daarvoor bestemde lensvloeistof. Gebruik hiervoor nooit kraantjeswater en spoel je lenzen er ook niet mee af.
Lensvloeistof bestaat uit verschillende componenten. Tegenwoordig bestaat er “all- in-one” lensvloeistof waardoor je maar één product moet gebruiken.
Heeft u nog een vraag of wenst u advies, contacteer dan onze Viata apotheker.